Terug naar overzicht

Izak zegent Jakob

Deze content is alleen beschikbaar nadat u cookies heeft geaccepteerd.

Genesis 27:24-26

Hij zei: Ben je echt mijn zoon Ezau? Hij antwoordde: Dat ben ik. 
Toen zei Izak: Zet het wat dichter bij me. Dan kan ik van het wildbraad van mijn zoon eten, zodat mijn ziel je kan zegenen. Hij zette het dicht bij hem en hij at. Hij bracht hem ook wijn en hij dronk ervan. 
Zijn vader Izak zei tegen hem: Kom toch dichterbij en kus mij, mijn zoon!

Volledige bijbeltekst

Genesis 27 vers 22 tot en met 29
22 Toen kwam Jakob dichter bij zijn vader Izak en die betastte hem. Hij zei: De stem is Jakobs stem, maar de handen zijn Ezaus handen.
23 Hij herkende hem dus niet, omdat zijn handen, net als de handen van zijn broer Ezau, behaard waren. En hij zegende hem.
24 Hij zei: Ben je echt mijn zoon Ezau? Hij antwoordde: Dat ben ik.
25 Toen zei Izak: Zet het wat dichter bij me. Dan kan ik van het wildbraad van mijn zoon eten, zodat mijn ziel je kan zegenen. Hij zette het dicht bij hem en hij at. Hij bracht hem ook wijn en hij dronk ervan.
26 Zijn vader Izak zei tegen hem: Kom toch dichterbij en kus mij, mijn zoon!
27 Hij kwam dichterbij en kuste hem. Toen rook hij de geur van zijn kleren en zegende hem. Hij zei: Zie, de geur van mijn zoon is als de geur van het veld, dat de HEERE gezegend heeft.
28 Moge God je geven van de dauw van de hemel, van de vruchtbare streken van de aarde: overvloed van koren en nieuwe wijn.
29 Volken zullen je dienen, naties zullen zich voor je buigen.
Wees heerser over je broers, de zonen van je moeder zullen zich voor je buigen.
Vervloekt moet zijn wie jou vervloekt, en gezegend wie jou zegent!

 

Uitleg bij dit schilderij

Deze content is alleen beschikbaar nadat u cookies heeft geaccepteerd.
De zegen die God aan Abraham geeft, wordt via zijn zoon Izak doorgegeven aan het nageslacht.
Izak en zijn vrouw Rebekka krijgen een tweeling: Ezau en Jakob. Al voor de geboorte van deze tweeling laat God aan Rebekka weten dat
de meerdere de mindere zal dienen.
Genesis 25 vers 23. 

Deze profetie wordt vervuld in het leven van de broers.
Ezau verkoopt zijn eerstgeboorterecht aan Jakob voor een schotel linzensoep. Het eerstgeboorterecht houdt in dat de oudste de belangrijkste is en de grootste zegen zal krijgen van de vader.
Mogelijk is vader Izak op de hoogte van zowel de profetie als de verkoop, maar toch wil hij Ezau de zegen geven, en niet Jakob.
Jakob bedriegt echter - samen met zijn moeder - zijn inmiddels blinde vader. Jakob doet zich voor als Ezau en ontvangt zo de zegen.

Stel een vraag over dit schilderij

{{ errors.first("field_10") }}
{{ errors.first("field_11") }}
{{ errors.first("field_12") }}
{{ errors.first("privacy") }}
Download gratis de afbeelding liever een afdruk op canvas?