Nadat Jezus in Jeruzalem de Paasmaaltijd met Zijn leerlingen heeft gevierd, neemt Hij hen mee naar buiten de stad. Naar de olijfgaard aan de voet van de Olijfberg: Gethsémané. Deze naam, afgeleid van het Aramese ‘Gath shemanim’, betekent: olijfpers.
In Gethsémané komt de enorme druk van het komende lijden op Jezus af. Eerder zei Hij: Maar Ik moet met een doop gedoopt worden, en hoe beklemt (Statenvertaling: perst) het Mij, totdat het volbracht is.
Lukas 12 vers 50.
In de hof Gethsémané wil Jezus bidden. Hij verwijdert Zich van zijn leerlingen, wordt zeer bedroefd en dodelijk beangst. Zich ten volle bewust van het komende lijden, werpt Hij Zich ter aarde en bidt Zijn Vader of het mogelijk is dat het aan Hem voorbij zal gaan. Maar direct laat Hij erop volgen:
maar niet wat Ik wil, maar wat U wilt.
Psalm 40 vers 9 profeteert over Jezus:
Ik vind er vreugde in, Mijn God, om Uw welbehagen te doen; Uw wet draag Ik diep in Mijn binnenste.
Johannes 6 vers 38:
Want Ik ben uit de hemel neergedaald, niet opdat Ik Mijn wil zou doen, maar de wil van Hem Die Mij gezonden heeft.
Dat Jezus het lijden wil ondergaan, toont Zijn volkomen gehoorzaamheid aan de Vader en tegelijk Zijn grote liefde tegenover ons. Hij wist waarom Hij moest lijden en leed niet als martelaar:
Want ook de Zoon des mensen is niet gekomen om gediend te worden, maar om te dienen, en Zijn ziel te geven als losprijs voor velen.
Markus 10 vers 45.
Hij droeg plaatsvervangend de straf die wij verdiend hebben door onze zonde.
Bij de instelling van het Heilig Avondmaal refereert Jezus hieraan:
En Hij zei tegen hen: Dit is Mijn bloed, het bloed van het nieuwe testament, dat voor velen vergoten wordt.
Markus 14 vers 24.
Niet alleen de angst voor het lichamelijke lijden, maar het volle gewicht van de toorn van God over de zonde van de wereld kwam op Jezus.
Dat maakte het zo uitzonderlijk zwaar.
Tijdens Zijn gebed zijn de leerlingen in slaap gevallen.
Als Hij bij hen terugkomt is Jezus teleurgesteld dat zij niet één uur met Hem konden waken. Hij draagt hen op:
Waak allen en bidt, opdat u niet in verzoeking komt; de geest is wel gewillig, maar het vlees is zwak.
Jezus gaf het voorbeeld hoe Zijn leerlingen staande kunnen blijven in beproeving, namelijk door het gebed vooraf.
Tijdens Zijn gebedsworsteling wordt Jezus versterkt door Zijn Vader.
Lukas 22 vers 43.
Daarna aanvaardt Hij welbewust het lijden; Zijn ziel heeft zich volkomen verenigd met de wil van Zijn Vader.